'Tot bevordering van de Nederlandstalige filmcultuur'. De invoering van een Vlaams filmproductiebeleid (1945-1965)
- Gertjan Willems
Abstract
Dit artikel focust op de start van het overheidsbeleid tegenover de filmproductie in Vlaanderen. Toen na de Tweede Wereldoorlog de eerste (pogingen tot) steunmaatregelen aan de filmproductie in België ontstonden, zoals het economisch gemotiveerde detaxatiesysteem en de op educatieve films gerichte Cinematografische Dienst, werden deze steevast binnen een Belgisch unitair kader geconcipieerd. Toen er aan het begin van de jaren 1960 plannen ontstonden voor een selectief en cultureel geïnspireerd filmsteunmechanisme onder de vorm van een Belgisch Filminstituut, eisten de Vlaamse betrokkenen echter een naar taal opgesplitste tweeledige structuur van het Instituut. Het Vlaamse streven naar culturele autonomie mondde uit in het Koninklijk Besluit van 14 november 1964 tot bevordering van de Nederlandstalige filmcultuur, wat de start van de systematische en selectieve cultureel gemotiveerde filmproductiesteun in Vlaanderen betekende. Er werd een filmcommissie geïnstalleerd die de minister van Cultuur adviseerde over de filmproductietoelagen, hierbij rekening houdend met de Belgische nationaliteit, het Nederlandstalige karakter en de culturele aard van de filmprojecten. Op die manier wilde men een nieuwe, kwaliteitsvolle en herkenbare Vlaamse cinema creëren.
________
'To promote the Dutch language film culture'. The introduction of a Flemish film production policy (1945-1965)
This article focuses on the beginning of the government's policy regarding film production in Flanders. When the first (attempted) measures to support film production in Belgium originated after the Second World War, like the economically motivated reduced taxation system and the Cinematographic Service aimed at educational films, these invariably were conceived within a Belgian unitary framework. However, when plans were made at the beginning of the 1960's to create a selective and culturally inspired film susidy mechanism by means of a Belgian Film Institute, the Flemish stakeholders demanded that the Institute would consist of a dual structure divided according to language. The Flemish pursuit of cultural autonomy resulted in the Royal Decree of 14 November 1964 to promote the Dutch language film culture, which meant the beginning of systematic and selective culturally motivated film production aid in Flanders. A film commission was established that advised the Minister of Culture about film production subsidies, taking into acount the Belgian nationality, the Dutch language character and cultural nature of the film projects. The objective was to create in this way a new recognisable Flemish cinema of good quality.
How to Cite:
Willems, G., (2015) “'Tot bevordering van de Nederlandstalige filmcultuur'. De invoering van een Vlaams filmproductiebeleid (1945-1965)”, WT. Tijdschrift over de geschiedenis van de Vlaamse beweging 74(3), 258-279. doi: https://doi.org/10.21825/wt.v74i3.12092
Downloads:
Download PDF
View PDF