Abstract
Gedurende de periode 1973-80 is het aantal officieel geregistreerde zelfmoorden in België met ongeveer 40 % gestegen. De toename is grotet voot vrouwen (60 %), dan voor mannen (30 %), en groter voor de middelbate leeftijdsgroepen dan voor de andere groepen. Regionaal gezien is er een heterogeen beeld merkbaar met nochtans een trend dat de arrondissementen met de laagste initiële zelfmoordscores (1973-74) de sterkste toename te zien geven. Op het niveau van de sociologische duiding kan moeilijk worden voorbijgegaan aan de relevantie van de actuele economische crisis als verklaringsgrond. De negatieve relatie tussen economische conjunctuur en zelfmoordfrequentie is immers herhaaldelijk empirisch gedocumenteerd. Meestal wordt daar aan toegevoegd dat de meest conjunctuurgevoelige groepen de sterkste toename te zien geven. Nochtans zou het van kortzichtigheid getuigen om de volledige toename op rekening van de conjunctuurbeweging te schrijven. De hedendaagse zelfmoordevolutie is immers ook de gedeeltelijke voortzetting van een algemeen waarneembare opwaartse trend sinds de jaren 50. Blijkbaar heeft de economische depressie zich geënt op deze reeds vroeger bestaande suicidogene krachten en fungeert als versterker ervan. Globaliserend kunnen voor deze “suicidogene krachten” 2 alternatieve modellen onderkend worden, één van sociologische signatuur en één van epidemiologische aard. Beide modellen zetten vruchtbare lichtbakens uit, maar roepen anderzijds ook fundamentele problemen op.
How to Cite:
Matthijs, K., (1982) “Zelfmoord en de economische crisis”, Tijdschrift voor Sociologie 3(1), 45–66. doi: https://doi.org/10.21825/sociologos.85801
Downloads:
Download PDF
View PDF