Abstract
In tegenstelling met de voorbije periode van euforie, worden we momenteel geconfronteerd met een crisissfeer, niet alleen in de samenleving maar ook in de sociologie. In dit artikel wordt ingegaan op de relatie tussen sociologie en samenleving, en worden vragen gesteld over de autonomie en de maatschappelijke relevantie van de sociologie. Door de vermaatschappelijking van de wetenschap en de verwetenschappelijking van de centrale sectoren van onze samenleving komt de wetenschappelijke autonomie in een ander daglicht te staan. Beide sferen lijken meer gemeenschappelijke belangen te hebben en doordrongen te worden van eenzelfde eenzijdige functionele rationaliteit. Wetenschappelijkheid dreigt meer en meer verengd te worden tot datgene dat functioneel is voor, of niet ingaat tegen de dominante waarden en belangen in onze samenleving. In tegenstelling met traditionele opvattingen zou de autonome wetenschap niet zomaar bijdragen tot maatschappelijke emancipate. Juist door zijn nadruk op een bepaald soort autonomie, waardêvrijheid en objectiviteit, zou het overheersend empirisch-analytisch (positivistisch) wetenschapsconcept een binding impliceren met de dominante belangen in de samenleving. Bijdragen tot de emancipatie veronderstelt in onze visie een andere relatie met de samenleving-in-crisis, waarbij eerder de nadruk gelegd wordt op dialoog met de bredere bevolkingsgroepen vooral in verband met wat zij waardevol vinden, Een veranderend relatiepatroon zou ook een andere wetenschapspraktijk impliceren en stimuleren. De klassieke wetenschapsinterne criteria krijgen in dit denkkader andere accenten. Gegeven de huidige inzichten van de wetenschapsfilosofie en de wetenschapssociologje is er binnen een pluralistische sociologieconceptie duidelijk plaats voor een emancipatorische onderzoekspraktijk die de grote Problemen van de samenleving-in-crisis beter in het visier kan krijgen. In deze conceptie heeft sociologie meer te maken met brede visie, fijn afgesteld gezond verstand, en met de nraatschappelijke dialoog, en ervaring die niet verduisterd wordt door een instrumentele methodologische bril. Wetenschappelijke autonomie krijgt veeleer het accent van het mede opnemen van maatschappelijke verantwoordelijkheid en van actieve inzet voor vrije meningsuiting.
How to Cite:
Van De Kerckhove, J., (1981) “Sociologie en samenleving: van crisis naar bezinning en dialoog”, Tijdschrift voor Sociologie 2(1), 45–70. doi: https://doi.org/10.21825/sociologos.85777
Downloads:
Download PDF
View PDF