Articles

Paardensmeden in het Gentse stadscentrum (1744-1789).

---

Abstract

In het volle Gentse stadscentrum, naast de Sint-Niklaaskerk, dicht bij de drukke Korenmarkt met zijn talrijke markt- en voerwagens, was een paar eeuwen lang een paardensmid gevestigd in een huis genaamd De Smesse. Twee boedelstaten uit resp. 1744 en 1789 geven ons een inzicht in wat er in zo'n smidse te pas kwam in die tijd en in wat de waarde daarvan was. Vergeleken met bv. de inhoud van een apotheek was die vrij aanzienlijk. Vooral duur was het basisproduct: de ijzeren staven (barrieren) gebruikt om hoefijzers en nagels te smeden. De smidse was ook goed voorzien van materiaal om wagens te maken en te herstellen, waaronder veren voor de ophanging van koetsen, een luxeproduct. Een massale hoeveelheid nagels voorradig laat veronderstellen dat de smid die niet enkel produceerde voor het door hemzelf uitgevoerde hoefbeslag. In de ruim veertig jaar tussen de twee staten was er een duidelijke verarming merkbaar, wellicht vooral te wijten aan de stijging van de ijzerprijs. Opvallend is ook de aanzienlijke waarde van geleverde maar nog niet betaalde waren en prestaties. De beschrijving van het verdere bezit en de huisindeling met de huisinboedel toont aan dat de smeden weliswaar redelijk begoed waren, maar dat ze zeker niet rijkelijk leefden.

How to Cite:

Devriese, L., (2005) “Paardensmeden in het Gentse stadscentrum (1744-1789).”, Van Mensen en Dingen: tijdschrift voor volkscultuur in Vlaanderen 14(1), 69–73.