Articles
Author: Pieter Moelans
In dit artikel wordt de vraag gesteld hoe in brede maatschappelijke lagen gedacht en gesproken wordt over de zelfdoding in de Zuidelijke Nederlanden van de zeventiende en achttiende eeuw. Een gebrek aan bronnen maakt het moeilijk door te dringen in de leefwereld van sociale milieus onder de maatschappelijke elites. Een onderzoek van handschriftelijke collecties van volksliederen biedt hier een interessant perspectief om wel een zicht te krijgen op de beeldvorming onder deze sociale geledingen. Het thema van de zelfmoord wordt in deze handschriftelijke collecties slechts uitzonderlijk behandeld, en dan steeds in de vorm van eeuwenoude verhaallijnen die haast onveranderd worden overgeleverd. De autoriteiten ontmoedigen elke vorm van publiek discours met betrekking tot zelfmoord, en deze taboesfeer lijkt tot gevolg te hebben dat er geen eigentijds discours beschikbaar is waarin men kan omgaan met het gegeven. De enige mogelijkheid om zelfmoord ter sprake te brengen in liederen, is het binnen te loodsen onder een historische of mythologische dekmantel. De Zuidelijke Nederlanden sluiten hiermee aan bij het beeld dat Georges Minois schetst van het achttiende-eeuwse Frankrijk, eerder dan bij de relatieve openheid over het thema die in Engeland en de Noordelijke Nederlanden groeit.
Keywords:
How to Cite: Moelans, P. (2004) “Een nieuw liedeken van piramus en thisbe op de wijse in babilonien. Zelfmoord in Zuid- Nederlandse wereldlijke volksliederen, 17de - 18de eeuw.”, Van Mensen en Dingen: tijdschrift voor volkscultuur in Vlaanderen. 2(3-4). doi: https://doi.org/10.21825/vmend.v2i3-4.5347